Met de vorming van de nieuwe woonmaatschappijen zal op 1 januari 2024 ook een nieuw toewijsmodel in werking treden.
De woonmaatschappij neemt het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. Alle gemeenten van het werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad, aangevuld met relevante huisvestings- en welzijnsactoren uit het werkingsgebied van de woonmaatschappij. De woonmaatschappij zit de toewijzingsraad voor.
De samenstelling en aantal vertegenwoordigers van de toewijzingsraad ziet er als volgt uit:
Er werd een werkgroep toewijzingsraad opgericht die voorstellen heeft uitwerkt. Deze werkgroep organiseerde vier werksessies op 27 juni 2023, 29 augustus 2023, 21 september 2023 en 17 oktober 2023.
De werkgroep toewijzingsraad van Thuisrand heeft op basis van het nieuwe regelgevend kader en tijdens bovengenoemde werksessies, een ontwerp van toewijzingsreglement opgemaakt. Hierbij is lokaal maatwerk mogelijk voor enerzijds het instellen van een strengere lokale bindingsvoorwaarde (pijler 1) en anderzijds voor het afbakenen van specifieke doelgroepen (pijler 3).
Daarnaast schrijft de regelgeving ook voor dat de woonmaatschappij de gemeente op de hoogte brengt van de beslissingen met betrekking tot de versnelde toewijzingen (pijler 2).
De gemeenteraad kan echter enkel het ontwerp van toewijzingsreglement amenderen voor wat betreft de strengere woonbinding (pijler 1) en de specifieke doelgroepen (pijler 3).
De woonmaatschappij integreert de goedgekeurde toewijzingsreglementen in het definitieve toewijzingsreglement.
De werkgroep toewijzingsraad van Thuisrand heeft ervoor geopteerd om geen strengere lokale woonbinding op te nemen dan de wettelijke voorziene voorrangsregel. De wettelijke voorrangsregel lokale binding stelt dat kandidaat-huurders die in de afgelopen tien jaar vijf jaar onafgebroken in de gemeente hebben gewoond voorrang krijgen op basis van lokale binding.
Dit wordt gemotiveerd vanuit het gegeven dat de huidige langdurige woonbinding met de gemeente reeds een verstrenging is ten aanzien van de vorige lokale binding.
Na analyse van de huidige wachtlijst van Thuisrand is gebleken dat door het toepassen van deze strengere lokale woonbinding, namelijk de afgelopen tien jaar vijf jaar onafgebroken in de gemeente hebben gewoond, gemiddeld 25% minder kandidaten in aanmerking komen voor deze voorrangsregel.
Indien er nog een verstrenging van de lokale binding zou worden opgelegd, bijvoorbeeld de afgelopen vijftien jaar tien jaar onafgebroken in de gemeente hebben gewoond, dan komen er gemiddeld 60% minder kandidaten in aanmerking voor de voorrangsregel van lokale binding.
De verstrenging van de voorrangregels heeft volgens analyse van de huidige wachtlijsten voornamelijk invloed op de kandidaten in de leeftijdscategorie 30-50 jarigen. De verstrenging heeft minder invloed op de leeftijdscategorie van zestigplussers.
De werkgroep toewijzingsraad van Thuisrand kiest ervoor bij consensus om wel een voorrangsbepaling op te nemen in het toewijzingsreglement voor kandidaat-huurders met een langdurige woonbinding met het werkingsgebied.
Deze voorrangsbepaling zal toegepast worden in alle gemeenten van het werkingsgebied van de woonmaatschappij. Deze voorrangsregel komt op de tweede plaats, na de langdurige woonbinding met de gemeente.
In het kader van het voorliggend toewijzingsreglement krijgt artikel 6.23 van het besluit Vlaamse Codex Wonen volgende concrete invulling, waarbij de verhuurder bij de standaardtoewijzingen en de toewijzingen aan een specifieke doelgroep achtereenvolgens rekening houdt met:
Binnen de werkgroep toewijzingsraad werd ervoor geopteerd om naast de reeds bestaande doelgroepenplannen in het werkingsgebied, geen nieuwe doelgroepen op te nemen. Indien er zich opportuniteiten voordoen worden deze besproken in de toewijzingsraad en wordt het toewijzingsreglement aangepast.
Binnen het werkingsgebied wordt ervoor geopteerd om volgende doelgroepen op te nemen in het toewijzingsreglement:
Binnen de toewijzingsraad werd besloten om het contingent versnelde toewijzingen (pijler 2) jaarlijks te laten berekenen door de woonmaatschappij, waarna dit ter kennisgeving wordt toegelicht op het bestuursorgaan.
Voor de periode van 1 januari 2024 tot 31 december 2024 wordt het contingent vastgelegd op basis van het aantal toewijzingen in de periode 2019-2023. Het contigent voor 2024 bedraagt 34 toewijzingen.
Afgesproken aantal jaarlijks toe te wijzen plaatsen per doelgroep:
De aanwezigheid van professioneel netwerk rond een kwetsbaar persoon, vormt een belangrijke meerwaarde om op langere termijn het behoud van de woning te garanderen. Door dit als criterium mee te nemen kan de continuïteit en de nabijheid van het netwerk blijvend gefaciliteerd worden.
De betrokken welzijnsactor/OCMW gaat het engagement aan om begeleiding op te nemen, in samenwerking met de huurbegeleiding van de woonmaatschappij, indien de situatie uit de hand dreigt te lopen (bv. huurachterstal, slecht onderhoud van de woning, overlast).
Bij inhuring wordt een begeleidingsovereenkomst opgemaakt tussen de huurder, welzijnspartner/OCMW en woonmaatschappij Thuisrand. Zij bieden ondersteuning op verschillende domeinen die relevant zijn voor duurzaam wonen :
Bij inhuring zal ook een aanspreekpunt worden aangeduid zodat de woonmaatschappij Thuisrand weet waar ze terecht kan bij eventuele vragen/problemen met betrekking tot de huurder die ingestroomd is via pijler 2.
De Woonmaatschappij Thuisrand wordt belast met de uitvoering van het toewijzingsreglement. Het reglement treedt in werking op 1 januari 2024.
De gemeenteraad geeft haar goedkeuring aan het ontwerp van het toewijzingsreglement zoals voorgelegd door de toewijzingsraad van de Woonmaatschappij Thuisrand.
De gemeenteraad neemt kennis van de genomen beslissingen door de Woonmaatschappij Thuisrand met betrekking tot de versnelde toewijzingen (pijler 2).