De notulen en het zittingsverslag van de voorgaande zitting van de gemeenteraad moeten goedgekeurd te worden.
De notulen zijn raadpleegbaar in bijlage.
Het zittingsverslag via deze link: http://www.borsbeek.org/besluiten
Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur waarin bepaald wordt dat de notulen en het zittingsverslag worden goedgekeurd op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.
Regelgeving: bevoegdheid
De gemeenteraad keurt de notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 27 februari 2023 goed.
De schoolstraat aan basisschool de Klinker werd ingevoerd in 2019, het aanvullend reglement werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 23 september 2019. Deze schoolstraat is gecombineerd met een enkelrichting in de Louis Van Regenmortellei om op die manier een locale circulatielus te creëren. De enkelrichting in de Louis Van Regenmortellei verloopt tijdens het ochtendblok heel gedisciplineerd. Op het einde van de schooldag daarentegen is dit vaak chaotisch, waarbij auto's geparkeerd staan aan beide kanten tot halverwege de straat, ook voor opritten. Eigenaars van panden zijn al uitgescholden geweest (of omgekeerd), in het bijzijn van kinderen. Wanneer de auto's dan vertrekken krijg je gevaarlijke situaties met fietsers die in tegenovergestelde richting mogen blijven rijden.
Om de problemen met hinderlijk geparkeerde auto's te verminderen, zal de uitwuifzone enkel nog gelden tijdens de ochtenduren. Bij het ophalen van de kinderen is deze zoiezo veel minder efficiënt en zo moet de politie daarop niet meer optreden én win je 's avonds 6 parkeerplaatsen.
Deze wijziging vereist een aanpassing van het aanvullend reglement aangezien de uren van de uitwuifzone in het reglement zijn opgenomen. Om te vermijden dat verschillende aanvullende reglementen bestaan rond dezelfde regeling, zal het vorige aanvullend reglement worden opgeheven en zal dit nieuw aanvullend reglement het aanvullend reglement van 23 september 2019 vervangen.
Op vraag van de politie worden ook de uren van het verbod om stil te staan en te parkeren op de de Robianostraat tussen de Jozef Reusenslei en de Jan Frans Stynenlei aangepast. De vermelde uren in de namiddag, 16u tot 18u, komen niet overeen met de werkelijke piek van het schoolverkeer. Het vorige aanvullend reglement van 27 februari 1998 betreffende dit verbod zal ook worden opgeheven.
Ter hoogte van het kruispunt van De Robianostraat met de Jan Frans Stynenlei kruisen meerdere verkeersstromen. Met twee scholen in de directe omgeving zijn deze vlak voor en vlak na schooltijd maximaal. De voertuigen die in en uit de Jan Frans Stynenlei komen, kruisen het fietspad aan de even zijde van De Robianostraat met fietsverkeer in beide richtingen en het autoverkeer komende van het dorpsplein. Kinderen die met de auto aan de oneven zijde van de Jan Frans Stynenlei worden afgezet, moeten het auto- en fietsverkeer dwarsen. Scholieren die met de fiets naar de middelbare school gaan, stellen zich op ter hoogte van het zebrapad om De Robianostraat over te steken waardoor het fietsverkeer op het fietspad gehinderd wordt.
Door volgende maatregelen te nemen kunnen de verkeersstromen meer gestructureerd worden waardoor de verkeersveiligheid verbetert:
's Morgens, 's avonds en op woensdagmiddag moeten nadarbarelen geplaatst en verwijderd worden door het schoolpersoneel en/of de gemachtigde opzichters;
Er bestaat geen officieel bord voor het markeren van een uitwuifzone. De bedoeling moet zijn om aan de weggebruikers duidelijk te maken dat voor en na schooltijd deze zone bij voorkeur enkel wordt gebruikt om de kinderen af te zetten of op te halen. Een bord met tekening en de nederlandse tekst 'uitwuifzone' aan het begin van de zone moet duidelijk maken wat er bedoeld wordt. Een onderbord met vermelding van de uren moet duidelijk maken tijdens welke uren dat deze parkeervakken gebruikt zullen worden als uitwuifzone.
Op de momenten dat de scholen starten en eindigen, is ook het verkeer op de de Robianostraat het drukst. Ouders die op dit moment stilstaan op de de Robianostraat om hun kinderen te laten uitstappen, hinderen het verkeer en zorgen voor gevaarlijke situaties. Om dit tegen te gaan, wordt een verbod om stil te staan en te parkeren voorzien op de de Robianostraat tussen de Jan Frans Stynenlei en de Jozef Reusenslei.
De gemeenteraad beslist om de Jan Frans Stynenlei in te richten als schoolstraat.
Tijdens de schooldagen wordt de Jan Frans Stynenlei 's morgens van 8 uur tot 8.35 uur en 's avonds van 14.45 tot 15.45 uur afgesloten met nadarbarelen. Op woensdag 's middags van 11.30 uur tot 12.30 uur in plaats van 's avonds.
De nadarbarelen zijn voorzien van:
De Louis Van Regelmortellei wordt ingericht als enkelrichtingstraat op het moment dat de Jan Frans Stynenlei fungeert als schoolstraat.
Tijdens de schooldagen wordt de Louis Van Regenmortellei enkel richting 's morgens van 8 uur tot 8.35 uur en 's avonds van 14.45 uur tot 15.45 uur, op woensdag van 11.30 uur tot 12.30 uur in plaats van 's avonds.
Er worden nadarbarelen geplaatst ter hoogte van het kruispunt met de Corneel Smitslei aan de rechter zijde op het voetpad en op de rijweg aan de linker zijde.
De nadarbarelen worden voorzien van het verkeersbord D1 met onderbord M2 'uitgezonderd fietsers'.
In de Louis Van Regenmortellei wordt parallel met de parking van ontmoetingscentrum Ter Smisse een uitwuifzone gecreëerd.
De plaatsen waarop zone van toepassing is, worden aangeduid met een witte kader.
Aan het begin van deze zone wordt op een oranje paal het bord E01 'parkeerverbod', het bord 'uitwuifzone' met tekening geplaatst met onderbord type IV met opschrift 'van maandag tot vrijdag', 'van 8 uur tot 8.35 uur'.
De bewoners van de Jan Frans Stynenlei, de Louis Van Regenmortellei, de Corneel Smitslei en de Smisbergstraat worden per brief van deze maatregel op de hoogte gebracht.
De nadarbarelen zullen 's morgens, 's avonds of woensdagmiddag geplaatst en verwijderd worden door het schoolpersoneel, vrijwilligers of gemachtigde opzichters.
Op de de Robianostraat geldt een verbod om te parkeren en stil te staan in het gedeelte tussen de Jozef Reusenslei en de Jan Frans Stynenlei tijdens de piekuren van het schoolverkeer. Dit wordt aangegeven met behulp van een verkeersbord E3 met een onderbord ‘van 7.30u tot 9u en van 15u tot 17u in beide richtingen.
Het aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer - Jan Frans Stynenlei - schoolstraat van 23 september 2019 wordt opgeheven op zondag 16 april 2023.
Het aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer in de de Robianostraat - Parkeerverbod tijdens piekuren in het gedeelte tussen de Jozef Reusenslei en de Jan Frans Stynenlei van 27 februari 1998 wordt opgeheven op zondag 16 april 2023.
Het aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer - schoolstraat Jan Frans Stynenlei – uitwuifzone en enkelrichting Louis Van Regenmortellei – verbod parkeren en stilstaan de Robianostraat tussen de Jozef Reusenslei en de Jan Frans Stynenlei van 27 maart 2023 treedt in werking op 17 april 2023.
Het dossier werd administratief en technisch nagekeken door de dienst grondgebiedzaken en aangepast door het studiebureau conform de bijkomende opmerkingen die werden geformuleerd.
Het project Ontharding Fort 3 is nominatief opgenomen in het budget waardoor het schepencollege het aanbestedingsdossier heeft kunnen goedkeuren. De overheidsopdracht mag worden geplaatst met toepassing van de openbare procedure als de goed te keuren uitgave lager is dan het door het Koninklijk besluit vastgelegde bedrag van 5.382.000,00 euro (BTW excl.).
De gemeente treedt op als aanbestedende overheid.
Pidpa, gevestigd te 2018 Antwerpen, Desguinlei 246, treedt op als mede-opdrachtgever. Het betreft een gezamenlijke opdracht voor rekening van verschillende aanbestedende overheden.
De samenwerkingsovereenkomst die aangereikt werd door Pidpa, werd voorgelegd aan het college in zitting van 27 februari 2023 en werd verwezen naar huidige zitting van de gemeenteraad.
De vastgelegde investeringssubsidie bedraagt 250.000,00 euro.
De totale raming van de werken, exclusief opties bedraagt 724.360,96 euro excl. BTW en wordt als volgt opgemaakt:
1. werken ten laste van gemeente: 443.391,52 euro excl. BTW of 536.503,74 euro incl. BTW;
2. werken ten laste van Pidpa: 280.959,44 euro excl. BTW of 339.960,72 euro incl. BTW;
De totale raming van de opties bedraagt 45.300,17 euro excl. BTW en wordt als volgt opgemaakt:
1. werken ten laste van gemeente: 41.871,66 euro excl. BTW of 50.664,71 euro incl. BTW;
2. werken ten laste van Pidpa: 3.428,61 euro excl. BTW of 4.148,60 euro incl. BTW;
De totale raming van de werken inclusief opties bedraagt 769.661,13 euro excl. BTW en wordt als volgt opgemaakt:
1. werken ten laste van gemeente: 485.263,18 euro excl. BTW of 587.168,45 euro incl. BTW;
2. werken ten laste van Pidpa: 284.388,05 euro excl. BTW of 344.109,54 euro incl. BTW;
De opties hebben betrekking op de afwerking rond het gebouw van oud Academia.
De raming is exclusief:
De gemeenteraad neemt kennis van de verlenging van de uitvoeringstermijn tot 31 december 2023, krachtens het addendum 3 aan het ministerieel besluit van 21 december 2018 tot toekenning van een subsidie in het kader van de projectoproep 2018 'Proeftuinen ontharding' aan de gemeente Borsbeek voor het project 'Infiltratie in co-creatie'.
De gemeenteraad verleent goedkeuring aan de samenwerkingsovereenkomst met Pidpa, 'Project K-20-084 - Gemeente: Weg- en rioleringswerken in Fort3'.
Het huidige reglement 'belasting op masten en pylonen' is geldig tot en met 31 december 2025.
Dit gemeenteraadsbesluit betreft een aanpassing van de gemeentebelasting op masten en pylonen, zoals goedgekeurd bij gemeenteraadsbeslissing van 16 maart 2020.
Het is noodzakelijk om het belastingreglement bij te stellen om het zo correct mogelijk te kunnen toepassen. De bepaling inzake de belastingverhoging wordt derhalve aangepast.
Artikel 170 § 4 van de Grondwet: Geen last of belasting kan door de gemeente worden ingevoerd dan door hun raad.
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 omtrent de gemeentefiscaliteit
Omzendbrief BB/2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
De gemeente wenst de aanwezigheid van masten en pylonen op haar grondgebied te beperken, ter vrijwaring van de aantrekkingskracht van de gemeente als woonomgeving en als toeristische bestemming. Naast de visuele hinder is er de perceptie van het bestaan van een gezondheidsrisico in de omgeving van de masten en pylonen. Het heffen van een belasting op masten en pylonen is te verantwoorden wegens de visuele vervuiling, de landschapsverstoring, het gezondheidsrisico en het doorbreken van de vrije open ruimte. Het invoeren van een belasting op masten en pylonen is dan ook gerechtvaardigd.
Het landschapsverstorend karakter van masten en pylonen die gebruikt worden voor diensten die louter voor openbaar recreatief gebruik en voor openbare hulpverlenings- en veiligheidsdiensten die primaire overheidstaken uitoefenen, wordt voldoende gecompenseerd door het maatschappelijk belang zodat hiervoor vrijstelling kan verleend worden.
Door de financiële toestand is de gemeente genoodzaakt om belastingen te heffen. Er wordt een algemene en evenwichtige spreiding van de belastingdruk nagestreefd over alle belanghebbenden op het grondgebied van de gemeente.
Naar aanleiding van een aantal vonnissen in zaken waarin de gemeente Borsbeek werd gedagvaard omtrent gemeentebelastingen werden de bepalingen omtrent ambtshalve inkohiering geëvauleerd en aangepast. De Rechtbank van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat de belastingverhoging van 100 % bij een eerste overtreding in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en dat de belastingverhoging dan een strafrechtelijk karakter heeft. De rechtbank heeft bij de voorgaande zaken geoordeeld dat de belastingverhoging diende herleid te worden naar 10 % in plaats van 100 % bij een eerste overtreding.
Er wordt een belasting geheven op de masten en pylonen. De lokale belastingen en retributies worden onder de loep genomen en waar nodig aangepast.
De gemeenteraad keurt het reglement 'belasting op masten en pylonen' dat integraal werd toegevoegd aan dit besluit goed.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het belastingreglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 §1 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het huidige reglement 'Belasting op aanplakborden' is geldig tot en met 31 december 2025.
Een aantal dossiers omtrent onze gemeentebelastingen werden aangevochten bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen. Onlangs hebben we in enkele van de voorgaande dossiers al vonnissen ontvangen. Naar aanleiding van dit vonnis hebben we ons reglement opnieuw grondig geëvalueerd en dienen er enkele zaken aangepast te worden.
Artikel 170 § 4 van de Grondwet: Geen last of belasting kan door de gemeente worden ingevoerd dan door hun raad.
Artikel 40 §3 en artikel 177 van het Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen en wijzigingen.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 omtrent de gemeentefiscaliteit.
Door de financiële toestand is de gemeente genoodzaakt om belastingen te heffen.
De heffing van de belasting moet efficiënt en rendabel zijn. De belastingopbrengsten dienen de administratieve kosten verbonden aan de vestiging en invordering van de belastingaanslagen te dekken.
Er wordt een algemene en evenwichtige spreiding van de belastingdruk nagestreefd over alle belanghebbenden op het grondgebied van de gemeente.
De verschillende bedrijfsbelastingen hebben tot doel om de bedrijven op het grondgebied te laten bijdragen.
Een overvloed van reclame die zichtbaar is vanop de openbare weg zorgt voor een visuele vervuiling. De gemeente wil dit beperken om tot een kwalitatief straatbeeld te komen.
Voor deze belasting wordt er een onderscheid gemaakt voor reclame op vaste of mobiele dragers, er zijn 2 verschillende tarieven van toepassing.
Het tarief voor mobiele dragers bedraagt 50 euro per m² en zal berekend worden per maand.
Het tarief voor de vaste reclame zal berekend worden op jaarbasis en is ondeelbaar ongeacht de tijd van plaatsing of verwijdering.
Het tarief van de belasting voor reclame zonder verlichting is aangepast naar 80 euro per m².
Voor reclame met een geïntegreerde verlichting wordt er een tarief voorzien van 115 euro per m².
Voor reclame dat geen geïntegreerde verlichting heeft maar mede verlicht wordt door verlichting gericht op gebouwen of omliggende parkings worden belast volgens het gewone tarief. Door het verlichten van parkings en gebouwen is er sprake van een verminderde criminaliteit en afname in het aantal inbraken bij de handelszaken en een verminderd aantal oproepen van de veiligheidsdiensten.
De vrijstelling voor de vaste reclame die geplaatst wordt op het adres van de maatschappelijke zetel of vestigingseenheid en die betrekking hebben op de gevestigde handelszaak of aanverwante producten wordt opgetrokken naar een totale oppervlakte van 10m². Zo komt de gemeente tegemoet aan de handelaars dat er toch reclame kan gevoerd worden voor de handelszaak of aanverwante producten. Zodra de reclame groter is dan 10m² zal het verschil belast worden.
De vrijstelling voor culturele, sportieve of sociale activiteiten of evenementen werd in het leven geroepen om de lokale verenigingen te ondersteunen. Zo is het niet de bedoeling om de sponsors van deze verenigingen te verhinderen om reclame te maken. Er dient wel rekening gehouden worden dat de reclame gericht is naar het centrum van de activiteit en niet in de richting van of pal naast de openbare weg.
Er worden geen vrijstellingen voorzien voor mobiele reclame.
Naar aanleiding van een aantal vonnissen in zaken waarin de gemeente Borsbeek werd gedagvaard omtrent gemeentebelastingen werden de bepalingen omtrent ambtshalve inkohiering geëvauleerd en aangepast. De Rechtbank van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat de belastingverhoging van 100 % bij een eerste overtreding in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en dat de belastingverhoging dan een strafrechtelijk karakter heeft. De rechtbank heeft bij de voorgaande zaken geoordeeld dat de belastingverhoging diende herleid te worden naar 10 % in plaats van 100 % bij een eerste overtreding.
Na overleg met onze raadsman werd een voorstel uitgewerkt met een progressief tarief. Concreet wil dit zeggen dat bij het herhaaldelijk voorkomen van ontbrekende aangiften of indienen van foutieve, onvolledige en onnauwkeurige aangiften de belastingverhoging mee zal oplopen. Artikel 7 van het reglement werd aangepast, de voornaamste wijziging houdt in dat de berekening van de belastingverhoging werd aangepast als volgt:
Er wordt een belasting geheven voor reclame die gevestigd wordt op een drager en die zichtbaar is vanop de openbare weg. De lokale belastingen en retributies worden onder de loep genomen en waar nodig aangepast.
De gemeenteraad keurt het reglement 'belasting op vaste en mobiele reclame' dat integraal werd toegevoegd aan dit besluit goed.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het reglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 §1 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het huidige reglement 'Belasting op nachtwinkels' is geldig tot en met 31 december 2025.
Een aantal dossiers omtrent onze gemeentebelastingen werden aangevochten bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen. Onlangs hebben we in enkele van de voorgaande dossiers al vonnissen ontvangen. Naar aanleiding van deze vonnissen hebben we ons reglement opnieuw grondig geëvalueerd en dienen er enkele zaken aangepast te worden.Artikel 170 § 4 van de Grondwet: Geen last of belasting kan door de gemeente worden ingevoerd dan door hun raad.
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen en wijzigingen.
Wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register.
Artikel 48 Wetsbepaling inzake slijterijen van gegiste dranken, samengeordend op 3 april 1953.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 omtrent de gemeentefiscaliteit.
Omzendbrief BB/2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
Door de financiële toestand is de gemeente genoodzaakt om belastingen te heffen.
Er wordt een algemene en evenwichtige spreiding van de belastingdruk nagestreefd over alle belanghebbenden op het grondgebied van de gemeente.
De verschillende bedrijfsbelastingen hebben tot doel om de bedrijven op het grondgebied te laten bijdragen.
Het heffen van een belasting op nachtwinkels is verantwoord enerzijds door de overlast voor omwonenden die veroorzaakt wordt door de aanwezigheid van nachtwinkels en anderzijds door de kosten die gemaakt worden inzake toezicht door politie teneinde alert te zijn voor mogelijke verstoringen van de openbare veiligheid en rust.
De belasting op nachtwinkels zal deels de overlastkosten dekken, anderzijds de wildgroei van nachtwinkels en de overlast beperken.
Naar aanleiding van een aantal vonnissen in zaken waarin de gemeente Borsbeek werd gedagvaard omtrent gemeentebelastingen werden de bepalingen omtrent ambtshalve inkohiering geëvalueerd en aangepast. De Rechtbank van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat de belastingverhoging van 100 % bij een eerste overtreding in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en dat de belastingverhoging dan een strafrechtelijk karakter heeft. De rechtbank heeft bij de voorgaande zaken geoordeeld dat de belastingverhoging diende herleid te worden naar 10 % in plaats van 100 % bij een eerste overtreding.
Na overleg met onze raadsman werd een voorstel uitgewerkt met een progressief tarief. Concreet wil dit zeggen dat bij het herhaaldelijk voorkomen van ontbrekende aangiften of indienen van foutieve, onvolledige en onnauwkeurige aangiften de belastingverhoging mee zal oplopen. Artikel 7 van het reglement werd aangepast, de voornaamste wijziging houdt in dat de berekening van de belastingverhoging werd aangepast als volgt:
Er wordt een belasting geheven op nachtwinkels gelegen op het grondgebied van de gemeente Borsbeek voor de periode van 2023 tot en met 2025.
De gemeenteraad keurt het reglement 'belasting op nachtwinkels' dat integraal werd toegevoegd aan dit besluit goed.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het belastingreglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 §1 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het huidige reglement 'Belasting op olie-, benzine- en brandstofverdelingsapparaten' is geldig tot en met 31 december 2025.
Een aantal dossiers omtrent onze gemeentebelastingen werden aangevochten bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen. Onlangs hebben we in enkele van de voorgaande dossiers al vonnissen ontvangen. Naar aanleiding van deze vonnissen hebben we ons reglement opnieuw grondig geëvalueerd en dienen er enkele zaken aangepast te worden.
Artikel 170 § 4 van de Grondwet: Geen last of belasting kan door de gemeente worden ingevoerd dan door hun raad.
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen en wijzigingen.
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 omtrent de gemeentefiscaliteit.
Omzendbrief BB/2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
Door de financiële toestand is de gemeente genoodzaakt om belastingen te heffen.
Er wordt een algemene en evenwichtige spreiding van de belastingdruk nagestreefd over alle belanghebbenden op het grondgebied van de gemeente.
De verschillende bedrijfsbelastingen hebben tot doel om de bedrijven op het grondgebied te laten bijdragen.
Naar aanleiding van een aantal vonnissen in zaken waarin de gemeente Borsbeek werd gedagvaard omtrent gemeentebelastingen werden de bepalingen omtrent ambtshalve inkohiering geëvalueerd en aangepast. De Rechtbank van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat de belastingverhoging van 100 % bij een eerste overtreding in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en dat de belastingverhoging dan een strafrechtelijk karakter heeft. De rechtbank heeft bij de voorgaande zaken geoordeeld dat de belastingverhoging diende herleid te worden naar 10 % in plaats van 100 % bij een eerste overtreding.
Na overleg met onze raadsman werd een voorstel uitgewerkt met een progressief tarief. Concreet wil dit zeggen dat bij het herhaaldelijk voorkomen van ontbrekende aangiften of indienen van foutieve, onvolledige en onnauwkeurige aangiften de belastingverhoging mee zal oplopen. Artikel 7 van het reglement werd aangepast, de voornaamste wijziging houdt in dat de berekening van de belastingverhoging werd aangepast als volgt:
Er wordt een belasting geheven op de olie-, benzine- en andere brandstofverdelingstoestellen gelegen op het grondgebied van de gemeente Borsbeek voor de periode van 2023 tot en met 2025.
De gemeenteraad keurt het reglement 'belasting op olie-, benzine- en andere brandstofverdelingsapparaten' dat integraal werd toegevoegd aan dit besluit goed.
De toezichthoudende overheid wordt op ge hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het belastingreglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 §1 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het huidige reglement 'Belasting op tweede verblijven' is geldig tot en met 31 december 2025.
Een aantal dossiers omtrent onze gemeentebelastingen werden aangevochten bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen. Onlangs hebben we in enkele van de voorgaande dossiers al vonnissen ontvangen. Naar aanleiding van dit vonnis hebben we ons reglement opnieuw grondig geëvalueerd en dienen er enkele zaken aangepast te worden.
Artikel 170 § 4 van de Grondwet: Geen last of belasting kan door de gemeente worden ingevoerd dan door hun raad.
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register.
Omzendbrief BB/2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 omtrent de gemeentefiscaliteit.
Belastingreglement op leegstaande woningen en gebouwen goedgekeurd door de gemeenteraad van 16 december 2019.
Door de financiële toestand is de gemeente genoodzaakt om belastingen te heffen.
De heffing van de belasting moet efficiënt en rendabel zijn. De belastingopbrengsten dienen de administratieve kosten verbonden aan de vestiging en invordering van de belastingaanslagen te dekken.
Er wordt een algemene en evenwichtige spreiding van de belastingdruk nagestreefd over allle belanghebbenden op het grondgebied van de gemeente.
Het is wenselijk om een bijdrage te vragen in de financiering van de gemeentelijke uitgaven lastens de eigenaars van woon- en verblijfsgelegenheden die gebruikt worden zonder dat iemand daar zijn hoofdverblijfplaats heeft, dat wil zeggen waarvoor een inschrijving in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister van de gemeente ontbreekt.
Een belasting op tweede verblijven kan gelden als stimulans om de woongelegenheden op het gemeentelijk grondgebied effectief als hoofdverblijfplaats aan te wenden en op die manier het residentieel wonen te beschermen en de sociale cohesie te versterken, die in het gedrang komt wanneer woongelegenheden alleen occassioneel of in bijkomende orde gebruikt worden.
Tweede verblijven nopen de gemeente tot extra aandacht en opvolging in onregelmatige seizoens- of vakantiegebonden periodes en tot extra administratieve inspanningen omdat er weinig zicht is op het aantal effectieve gebruikers en deze vaak niet bij naam en effectieve woonplaats gekend zijn en niet persoonlijk aangesproken kunnen worden.
De instroom van tweede verblijven zorgt voor prijsverhogingen op de woonmarkt en hogere kadastrale inkomens. De gemeente is daardoor genoodzaakt om te investeren in sociale en betaalbare woningen.
Er zijn eveneens grotere kosten aan het onderhoud van het openbaar domein ingevolge de tweede verblijven in de gemeente. De gemeente zorgt er bovendien voor dat er extra huisvuilophalingen zijn en levert meer inspanningen om het openbaar domein te verfraaien zodat de tweede verbijvers kunnen verblijven in een aangename, veilige en propere gemeente.
Het ontbreken van een inschrijving in het bevolkingsregister brengt ook minder ontvangsten mee voor de gemeente op het vlak van aanvullende personenbelasting.
Naar aanleiding van een aantal vonnissen in zaken waarin de gemeente Borsbeek werd gedagvaard omtrent gemeentebelastingen werden de bepalingen omtrent ambtshalve inkohiering geëvauleerd en aangepast. De Rechtbank van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat de belastingverhoging van 100 % bij een eerste overtreding in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en dat de belastingverhoging dan een strafrechtelijk karakter heeft. De rechtbank heeft bij de voorgaande zaken geoordeeld dat de belastingverhoging diende herleid te worden naar 10 % in plaats van 100 % bij een eerste overtreding.
Na overleg met onze raadsman werd een voorstel uitgewerkt met een progressief tarief. Concreet wil dit zeggen dat bij het herhaaldelijk voorkomen van ontbrekende aangiften of indienen van foutieve, onvolledige en onnauwkeurige aangiften de belastingverhoging mee zal oplopen. Artikel 7 van het reglement werd aangepast, de voornaamste wijziging houdt in dat de berekening van de belastingverhoging werd aangepast als volgt:
Er wordt een belasting geheven op de tweede verblijven. De lokale belastingen en retributies worden onder de loep genomen en waar nodig aangepast.
De gemeenteraad keurt het reglement 'belasting op tweede verblijven' dat integraal werd toegevoegd aan dit besluit goed.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Het reglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 §1 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur.
De gemeenteraad besliste op 5 december 2022 om de procedure op te starten tot verlegging van pad nr. 21 tussen de Frans Beirenslaan en de Fort 3-straat.
De plannen voor de verlegging en de bijhorende rooilijn werden door middel van een openbaar onderzoek ter inzage van het publiek gelegd.
De bekendmaking gebeurde door:
Op 4 januari 2023 werd in het kader van de wettelijke adviesplicht, een adviesvraag gericht aan:
Er werden geen adviezen van desbetreffende instanties ontvangen. Bijgevolg wordt geacht dat deze instanties een gunstig advies hebben verleend.
Het openbaar onderzoek liep van 9 januari 2023 t.e.m. 7 februari 2023. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren ingediend. Het proces-verbaal van sluiting wordt bij dit besluit gevoegd.
“Niemand kan een gemeenteweg aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad.”
“§ 1. De gemeenten leggen de ligging en de breedte van de gemeentewegen op hun grondgebied vast in gemeentelijke rooilijnplannen, ongeacht de eigenaar van de grond.”
Het is verboden:
1° een gemeenteweg te wijzigen, te verplaatsen of op te heffen zonder voorafgaand akkoord van de gemeenteraad;
2° een gemeenteweg volledig of gedeeltelijk in te nemen op een wijze die het gewone gebruiksrecht overstijgt;
3° de toegang tot een gemeenteweg of het gebruik en beheer ervan te belemmeren, te hinderen of onmogelijk te maken;
4° op of in gemeentewegen werkzaamheden uit te voeren of gemeentewegen op welke wijze ook te beschadigen zonder voorafgaande toestemming van het college van burgemeester en schepenen of zijn gemachtigde.
Het gemeentewegendecreet omschrijft vijf principes waarmee minimaal rekening moet gehouden worden wanneer beslissingen worden genomen over de wijziging van het gemeentelijk wegennet:
Desbetreffende principes moeten gemotiveerd worden in het licht van de beoordeling van een wijziging, verplaatsing of afschaffing.
Afweging van de principes
1. Het gemeentelijk beleid is gericht op het maximaal behoud en uitbreiding van het netwerk van trage wegen. Slechts in uitzonderlijke gevallen zal afschaffing en verlegging aan de orde zijn. De verlegging kadert binnen de heractivering van de verbinding en het verhogen van de aantrekkelijkheid en het gebruiksgemak ervan. De nieuwe ligging schaadt de algemene belangen niet en draagt omwille van de verbreding bij tot een toename aan het versterken van het algemene belang van deze verbinding.
2. Het gemeentelijk beleid is er op gericht het fijnmazig netwerk te optimaliseren en te versterken. Bij verleggingen en/of afschaffing wordt gestreefd naar evenwaardige en veiligere trajectalternatieven. Voorgestelde verlegging biedt een evenwaardig alternatief qua bruikbaarheid en veiligheid.
3. Het nieuwe traject volgt de perceelgrens van de site binnen een groenstrook met een breedte van 3 m. Langs beide zijden van deze stook wordt de voetweg door middel van een 3 m hoog hekwerk uit veiligheidsoverwegingen afgeschermd (afsluiting aan de perceelsgrens en aan gebouwengrens van de Carrefoursite). Het deel van het pad dat op de bestaande verharding aan de zijde van de Frans Beirenslaan uitkomt, wordt afgeschermd met betonblokken, zodat er een duidelijke afgrenzing naar het vrachtverkeer zal zijn en de veiligheid van de trage weggebruikers wordt gegarandeerd.
4. Het traject van de voetweg behoudt de verbinding met het aanpalende grondgebied Deurne en versterkt het gebruik ervan.
5. Door de verbreding van de gemeenteweg zal het gebruik naar de toekomst gestimuleerd worden en zal hierdoor een duurzaam gebruikte verbinding gerealiseerd worden.
De gemeenteraad beslist om het rooilijnplan en het definitieve traject van de verlegging van voetweg nr. 21 tussen de Frans Beirenslaan en de Fort 3-straat goed te keuren.
In de gemeenteraad van 27 september 2021 werd de nieuwe rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel goedgekeurd.
De recente wijzigingen rond de regelgeving van ziekteattesten voor één dag en het voorstel van de toepassing van een cumulregeling voor de toelagen voor onregelmatige prestaties op zaterdagen, zondagen en feestdagen, vragen een aanpassing van de huidige rechtspositieregeling.
De aanpassing werd besproken met de representatieve vakorganisaties op 8 februari 2023.
Door de toepassing van de cumulregeling bij onregelmatige prestaties die tot op heden niet werd voorzien, wordt een extra toelage van 25% voorzien voor nachtprestaties die op zaterdagen, zondagen en feestdagen vallen.
Het financieel aspect is minimaal vermits er weinig uitbetalingen gebeuren en de overuren steeds binnen de 4 maanden werden opgenomen.
De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel goed zoals opgenomen als bijlage aan dit besluit.
De gemeenten Boechout, Hove, Kontich, Zandhoven, Ranst, Edegem, Wommelgem, Wijnegem, Zoersel, Borsbeek, Lint, Schilde en Mortsel komen een aantal keer per jaar samen met als doel via samenwerking het regionaal sportbeleid te versterken, de sportparticipatie te verhogen en de kwaliteit van sportbegeleiding en coördinatie van bovenlokale infrastructuur te verbeteren.
Om deze doelen te realiseren worden er inkomsten en uitgaven gegenereerd. Het jaarverslag en de rekening bieden een overzicht van de genomen initiatieven en de overeenkomstige uitgaven/inkomsten.
Op de algemene vergadering van 15 februari 2023 keurde het beheerscomité van de interlokale vereniging het jaarverslag 2022 goed. De schepenen van sport zetelen als afgevaardigden in het beheerscomité van de interlokale vereniging.
Artikel 393 Decreet lokaal bestuur (oud art. 7 Decreet 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking) dat stelt dat de statuten o.a. bepalingen bevatten over de jaarlijkse evaluatie van de vereniging door de gemeenteraden en de financiële controle.
De statuten van sportregio midden-provincie ILV:
Jaarrekening: de gemeenteraad dient binnen de 6 maanden na afsluiten van het voorgaande werkjaar de jaarrekening van de interlokale vereniging Sportregio Midden-Provincie goed te keuren.
Jaarverslag: volgens de statuten van de Sportregio mag het jaarverslag ingekeken worden door de gemeenteraad. Het jaarverslag en de jaarrekening zijn een weerspiegeling van elkaar. De gemeenteraad zal dan ook kennis nemen van het jaarverslag.
Het Lokaal bestuur Borsbeek betaalt onder de vorm van een lidmaatschapsbijdrage om deel uit te maken van de sportregio.
De gemeenteraad neemt kennis van het jaarverslag 2022 waar de jaarrekening 2022 en de begroting 2023 van de interlokale vereniging "Sportregio Midden-Provincie" in opgenomen zijn.
De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2022 van de interlokale vereniging “Sportregio Midden-Provincie” goed, zoals toegevoegd in bijlage.
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 11 juni 2018 de opdracht inzake de PPS Driewervenplan toegewezen aan de opdrachtnemer, zijnde de tijdelijke maatschap Vanhout Projects NV - Palm Real Estate Development NV.
De Publieke Ontwikkeling van het Driewervenplan omvat de ontwerp- en bouwverplichtingen ten laste van de opdrachtnemer of een door de opdrachtnemer aangeduide derde voor drie werven waarvan werf 3 de bouw van een gemeentelijke kunstschool en ruimte voor de technische dienst uitmaakt.
Tijdens de uitvoering van de opdracht inzake werf 3 rezen tussen het bestuur en de opdrachtnemer geschillen omtrent de te hanteren prijsherzieningsformule en de langere doorlooptijd van de werf.
Om tot een minnelijke oplossing van deze geschillen te komen vonden tussen de opdrachtgever en opdrachtnemer gesprekken plaats op 15 en 27 februari 2023. De overeenstemming die werd bereikt tijdens deze gesprekken wordt opgenomen in een dading. Deze dading wordt gesloten tot slot van alle rekeningen.
Op het college van burgemeester en schepenen van 13 maart 2023 werd het ontwerp van dading principieel goedgekeurd.
Artikel 2044 Oud Burgerlijk Wetboek dat bepaalt dat een dading een overeenkomst is waarmee partijen een gerezen geschil beëindigen.
Artikelen 2045 tot 2058 Oud Burgerlijk Wetboek dat de nadere regels omtrent de dading omschrijven.
Een dading is een overeenkomst waarbij de partijen een definitief einde stellen aan hun geschilpunten door beide toegevingen te doen.
Een minnelijke regeling van geschilpunten valt steeds te verkiezen boven een gerechtelijke procedure.
De dading wordt gesloten tot slot van alle rekeningen. Voor de financiële informatie wordt verwezen naar het overzicht en de dading in bijlage.
De gemeenteraad keurt het ontwerp van de dadingsovereenkomst goed.
De uitrol van publieke laadinfrastructuur op het openbare domein zal de komende jaren door de Vlaamse overheid georganiseerd worden. De gemeenten hebben hier automatisch op ingetekend, met uitzondering van Antwerpen, Gent, Oostende en Genk. De uitrol van publieke laadpunten gebeurt door middel van een concessie-opdracht. De Vlaamse Regering duidde laadpaaloperatoren (Charge Point Operators of CPO's) aan die de komende twee jaar (vanaf 1 september 2022) deze uitrol zullen verzorgen in de deelnemende Vlaamse steden en gemeenten. Voor de VVR (Vervoersregio) Antwerpen is de geselecteerde CPO Engie.
De aanvragen die binnenkomen via het e-loket zullen eerst door MOW worden gescreend om zeker te zijn dat aan alle voorwaarden is voldaan. Het Departement MOW zal in deze fase ook de lokale overheden om een advies vragen over de verenigbaarheid met de geldende parkeerregels. Vervolgens zal de CPO een locatievoorstel uitwerken en voorleggen aan de lokale overheden (of eventuele andere beheerder openbaar domein) en Fluvius. Het uitgangspunt voor de keuze van de locatie is dat die op een maximale wandelafstand van 250 m ligt van het adres van de aanvrager. Indien dit niet mogelijk blijkt te zijn, dan wordt het laadpunt geïnstalleerd op de dichtstbijzijnde mogelijke en nuttige plaats. Het is belangrijk op te merken dat de gemeente de plaatsing van een laadpaal niet kan weigeren indien voldaan is aan de voorwaarden en er geen tegenstrijdigheid is met de geldende parkeerregels, aangezien dit is vastgelegd in het BVR. Wel kan de gemeente een alternatieve locatie op minder dan 250 m wandelafstand voorstellen.
Vanaf het moment dat de aanvraag volledig is, start de maximale doorlooptijd van 40 dagen tot het nemen van een beslissing. Voor de kennisgeving van de beslissing geldt een maximale doorlooptijd van 10 dagen, te tellen vanaf het moment dat de beslissing over de aanvraag is genomen. Voor de uitvoering van de aanvraag geldt een ordetermijn van maximaal 6 maanden, te tellen vanaf de kennisgeving van de beslissing van de goedgekeurde aanvraag.
Het installeren van een laadpaal vereist het opstellen van een aanvullend reglement, aangezien de parkeerplaatsen aan de laadpaal voorbehouden moeten worden voor het laden van elektrische wagens. De inrichting van deze parkeerplaatsen en het opstellen van het aanvullend reglement is een bevoegdheid van de gemeente. Indien deze aanvullende reglementen telkens voorgelegd moeten worden aan de gemeenteraad, is het niet mogelijk om de maximale doorlooptijd van 40 dagen voor het nemen van een beslissing te respecteren.
De bevoegdheid om de delegatie aan het college van burgemeester en schepenen te verlenen van aanvullende reglementen betreffende de politie over het wegverkeer betreffende parkeerplaatsen voorbehouden voor het laden van elektrische wagens, komt toe aan de gemeenteraad.
Amendement voorzitter Tom Verboven
De voorzitter, Tom Verboven, vraagt aan de gemeenteraad om een bijkomend artikel op te nemen in het besluit nl.
"De genomen beslissingen door het college betreffende de aanvullende reglementen voor parkeerplaatsen voorbehouden voor het laden van elektrische wagens, wordt telkens ter kennis gebracht aan de gemeenteraad".
Met éénparigheid van stemmen (Tom Verboven, Dis Van Berckelaer, Walter Kiebooms, Marian Lauwers, Ken Casier, Kristof Van de Velde, Linda Bresseleers, Anita Van den Bulck, Geert Van de Laar, Peter Van Hoof, Michael Bryon, Naomi Van der Velden, Luc Couillier, Liselotte Leenaerts, Peggy Maebe, Ann Vereycken, Ann Coemans, Lucienne Bogaerts, Chris Grietens en Frans Neyens ) wordt dit amendement aangenomen.
De gemeenteraad keurt de delegatie van de bevoegdheid tot het vaststellen van aanvullende reglementen in verband met parkeerplaatsen voorbehouden voor het laden van elektrische wagens, voor de wegen die zich op het grondgebied van de gemeente Borsbeek bevinden, aan het college van burgemeester en schepenen, goed. Deze delegatie geldt tot 31 december 2024.
De genomen beslissingen door het college betreffende de aanvullende reglementen voor parkeerplaatsen voorbehouden voor het laden van elektrische wagens, wordt telkens ter kennis gebracht aan de gemeenteraad.
In zitting van de gemeenteraad van 21 februari 2022 werd principieel goedkeuring gegeven aan een mogelijke vrijwillige samenvoeging van de stad Antwerpen met de gemeente Borsbeek.
Er werd in de gemeenteraad afgesproken dat er maandelijks een toelichting zou gegeven worden aan de raadsleden over de stand van zaken van deze fusie.
Aan de gemeenteraadsleden wordt een toelichting gegeven over de stand van zaken van de mogelijke fusie tussen de stad Antwerpen en de gemeente Borsbeek.